Vijf maanden na de start van de tijdelijke opvanglocatie van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) aan de Lange Kleiweg, opende de locatie zaterdag de deuren voor buurtbewoners tijdens Burendag. Locatiemanager Senait kijkt met tevredenheid terug: “Vanaf het eerste moment was het een succes.”
Samen koken en bouwen
Bezoekers konden een woonunit bekijken, muziek beluisteren en proeven van door bewoners gemaakte hapjes. De open dag was het resultaat van wekenlange voorbereiding. “Ze stelden voor om geen catering in te huren maar zelf hapjes en complete maaltijden te maken. Van overgebleven palletplanken bouwden we een podium,” vertelt Senait. “Ik ben eigenlijk dolgelukkig. Dit had ik niet verwacht.”
Moestuin en bewonersraad
Met beperkte middelen is veel gerealiseerd. Zo zijn van pallets bloembakken gemaakt voor een nieuwe moestuin. De opvang telt inmiddels 350 bewoners, onder wie gezinnen, echtparen en mindervaliden. Er is ook een bewonersraad met 10 tot 12 vertegenwoordigers. “We zitten regelmatig bijeen en via een groeps-app reageren we snel op vragen,” aldus Senait.
Vrijwilligers en activiteiten
Ook de Samenlopers, een groep vrijwilligers uit de tijd van het voormalige AZC, zijn weer actief. Coördinator Leendert vertelt: “We hebben een activiteitenruimte. Daar beginnen we met naailessen, een vrouwengroep en schilderen. We zoeken nog iemand die sporten wil organiseren.” Daarnaast worden moeders en kinderen wekelijks door Don Bosco opgehaald om mee te doen aan activiteiten buiten de opvang.
Kleine kamers, grote drukte
De opvang verschilt van een regulier AZC. Acht bewoners delen drie kamers met stapelbedden en een keuken. Batu, die rondleidingen verzorgt, legt uit: “We proberen bewoners zo te plaatsen dat ze in ieder geval met elkaar kunnen communiceren. Zo voorkom je ook dat er incidenten zijn.”
Positieve sfeer in Rijswijk
Ondanks de krappe omstandigheden is de sfeer goed, zegt Batu: “Rijswijk is top, we hebben hier nooit echt spanningen gehad. Het is een hele fijne locatie. Met een gemixt team hebben we meer feeling met bepaalde culturen.”