Voor het jaarlijkse evenement genaamd NLdoet zetten door heel Nederland allerlei mensen zich in als vrijwilliger. 15 en 16 maart staat dus helemaal in het teken van vrijwilligerswerk. Zo ook in Rijswijk. Het Knaaghof, een knaagdierenopvang van de Dierenbescherming, werd vandaag door acht vrijwilligers geholpen met het schoonmaken van speelvelden. Een leuk initiatief.
Schone speelvelden
Elk jaar neemt Het Knaaghof meer dan 700 konijnen en knaagdieren in, die zijn afgestaan door hun eigenaars of gevonden zijn als zwervers op straat. Deze dieren worden goed verzorgd en hebben drie speelvelden. Normaal wordt er wekelijks één speelveld schoongemaakt, omdat dit intensief werk is en er veel tijd in zit. Nu zijn ze alle drie in een keer schoongemaakt en kunnen de konijnen weer ravotten in een schone speelplaats.
Wethouder steekt zijn hand uit
Mark Wit, Rijswijkse wethouder, was hierbij ook aanwezig. Hij neemt tijdelijk de portefeuille, dierenwelzijn, van zijn collega over. ‘’Je ziet dat een hele hoop klussen niet gebeuren omdat de organisaties er geen tijd voor hebben, en het Knaaghof is er één van. Ik heb het vorig jaar ook twee keer gedaan en het is ontzettend leuk om hier te zijn.” Daarnaast hoopt Wit ook dat deze dag weer mensen aanzet om vrijwilliger te worden. “Structurele vrijwilligers is wat organisaties missen. Zo’n dag als dit doen veel mensen aan mee en komen zoals ik een dag helpen, maar wat organisaties eigenlijk nodig hebben is structurele hulp en ik hoop dat deze dag daaraan bijdraagt.”
Waarde van NLdoet
Merel Pieneman, eigenaar van het Knaaghof in Rijswijk, legt uit dat dit soort vrijwilligerswerk vaak wordt gestimuleerd vanuit een bedrijf waar men werkt. “Vaak krijgen de medewerkers een aantal uur per jaar vrijwilligerswerk te doen en dan is NLdoet ideaal, want dan zijn er al klussen aangemeld. Je hoeft je dan eigenlijk alleen maar aan te melden bij een klus en de rest is geregeld.” Pieneman is er wel van overtuigd dat NLdoet effect heeft op de lange termijn. “Mensen moeten er wel echt de tijd voor hebben, dus dat is wel lastig. Ik hoop natuurlijk dat we er weer nieuwe vrijwilligers aan overhouden.”